Een evaluatie daarvan is voorzien in 2017, maar Vlaams Parlementslid Lydia Peeters dringt aan op een sneller onderzoek.

Lydia Peeters: “In de praktijk is in het verleden gebleken dat een aantal zaken rond archeologisch onderzoek niet goed werkten. Sommige bestuurders spraken zelfs over archeologen die stadsontwikkelingsprojecten gijzelden. De nieuwe regelgeving zou daaraan verhelpen, bijvoorbeeld door het vastleggen van een strikter tijdskader om het archeologieluik te behandelen voorafgaand aan de stedenbouwkundige vergunning en het aanleggen van een solidariteitsfonds om tegemoet te komen aan financiële kosten. 

De vertaling van de nieuwe regelgeving op het terrein laat echter te wensen over. De administratieve rompslomp is nooit zo groot geweest, het tijdsbestek van het archeologisch onderzoek is gegroeid en de kosten van het vervolgonderzoek lopen hoog op. Bovendien lijkt het verhaal van solidariteitsfondsen een lege of theoretische doos te worden. Iedereen zegt dat het wel mooi zou zijn dat er zo’n fonds is, maar niemand neemt initiatief. Minister Bourgeois wil de nieuwe regelgeving evalueren in 2017 en dan kijken of er pijnpunten zijn, maar ik vrees dat we niet zo lang kunnen wachten. We voelen dat er op het veld veel vrees is voor een aantal negatieve aspecten, hopelijk ten onrechte.”